Sluiten

Les 17.4 Het derde gebod

Dag 1 :
Psalm 148
  NBV

Er worden tegenwoordig vaak praise-avonden georganiseerd. Misschien ga je er wel eens naar toe. Praisen is geen uitvinding van vandaag. De Israëlieten konden er ook wat van! Je kunt zo met hen meezingen.

Dag 2 :
Psalm 104: 19-26
  NBV

Gods naam wordt prachtig zichtbaar in de schepper. Híj is de maker, Híj is de kunstenaar. Kijk je wel eens rond in de natuur en verwonder je je wel eens? Loof God!

Dag 3 :
1 Petrus 2: 11-17
  NBV

Hoeveel mensen zouden God gaan prijzen omdat ze jou tegenkomen? Ben jij een visitekaartje van God? Hoe zou je het kunnen zijn?

Dag 4 :
Marcus 8: 34-38
  NBV

Een verbod is tegelijk een gebod. Niet Gods naam misbruiken, wel Gods naam noemen als die genoemd moet worden. Kom ervoor uit dat je God kent!

Dag 5 :
Genesis 31: 48-54
  NBV

Zweren bij Gods naam betekent dat je God als getuige aanroept. God is getuige van wat jij belooft. Wat is de consequentie daarvan? Zou het uitmaken of je een eed aflegt of een belofte doet?

OPDRACHTEN

Uitspraak
Vertaal deze uitspraak: ‘The tongue has no bones but is strong enough to break a heart. Be careful with your words. Band-aids won’t help here.’ Bespreek wat deze uitspraak te maken kan hebben/heeft met het derde gebod.

Stellingen
Kies welke stellingen je wilt bespreken:
– Het is erger als een christen vloekt, dan wanneer een niet-gelovige vloekt.
– Vloeken hoort bij de taal van alledag. Logisch, want de meeste mensen geloven niet.
– Het is niet erg als je scheldt, zolang je niet vloekt.
– Een krachtterm kan geweldig opluchten.
– Het is zinloos iets te zeggen als een ander vloekt, je moet geen parels voor de zwijnen werpen.
– Je moet er iets van zeggen als een ander vloekt, je laat God toch niet beledigen?
– Het is erger als iemand vloekt, dan wanneer hij jou uitscheldt.

De bijbel
Lees Psalm 141: 2, 3 en Psalm 19: 15. Wat valt je op? Hoe zou je zelf een gebed over je spreken formuleren?

Muziek
Kies lofliederen en luister ernaar of zing mee. Zijn er muzikanten in je groep? Maak een plan hoe je met muziek samen God kunt eren.

Gemeente
Vraag mensen uit het muziekteam in je kerk om te vertellen over het loven van God met de gemeente. Wat wordt er gedaan? Welke keuzes worden gemaakt en waarom?
Maak je zelf muziek? Bekijk dan het aanbod van bladmuziek op juichtaarde.nl.

Belijdenis
Lees zondag 36 en 37 van de Catechismus en geef dan antwoord op deze vraag: wat heeft de eed te maken met de eer van God?

In de stilte
Lees het danklied uit Jesaja 12: 1-4. Bedenk hoe je de kracht van Gods naam ziet.
Welke grote daden van God ken je uit je eigen leven? Dank God en gebruik daarbij ook de woorden van Jesaja.

Uitleggen
Pas de drie uitlegregels uit les 17.1 toe op het derde gebod.

HANDLEIDING

Lesstof
Om uit te leggen en over te dragen: De bijbel gebruikt verschillende namen voor God. De hebreeuwse naam “El” betekent “God”, je ziet hem terug in allerlei namen, bijv. Beth-el = huis van God.
“Adonai” betekent Heer, meester, heerser.
De naam “Jahweh” wordt weergeven met “HEERE” of Heer (Nieuwe Bijbel Vertaling). De naam betekent “Ik ben, die Ik ben”, Ik ben de God van het verbond, Ik houd mijn beloften, Ik ben betrouwbaar, je kunt op Mij aan.
Gods naam is niet zomaar een woord, maar heeft betekenis. Gods naam is Gods reputatie. Kom je aan de naam, dan kom je aan Hemzelf. Wie ontzag heeft voor God, gebruikt zijn naam met eerbied.

Lesdoel
– namen van God kennen + hun betekenis
– met Jeremia en Spreuken kunnen uitleggen dat de naam van de Here een sterke toren is en dat God zijn namen waar maakt
– kunnen uitleggen wat ijdel gebruik van Gods naam is
– weten hoe je Gods naam goed kunt gebruiken en daar voorbeelden van geven in de bijbel en voor je eigen leven
– de drie uitlegregels bij het derde gebod kunnen toepassen

Belijdenis
Gebruik bij deze les Catechismus zondag 36 en 37.

De bespreking
– Maak het heiligen van Gods naam concreet. Zijn er jongeren die in de groep soms stopwoorden/vloeken gebruiken? Hoe spreekt de groep over God? Zijn er verbeteringen af te spreken?
– Loof God in de les door ieder een mooie tekst op te laten zoeken en voor te lezen of door psalmen of liederen voor God te zingen. Je kunt ook luisteren naar filmpjes.
– Bedenk een lofgebed aan God en spreek het uit.

Eerdere handleiding
Voor een eerdere versie van de handleiding: klik op handleiding 17.4 klassiek

ALGEMEEN

Heilig, eervol, verheven, gezegend, krachtig, vol majesteit en glorie
dat is Gods Naam.

Gods naam heiligen = zijn Naam zo gebruiken als daarbij past.

BIJBELSTUDIE Jeremia 11:18-23 en Spreuken 18:10.

Je leest over het plan van mannen uit Anatot: ze willen de profeet Jeremia vermoorden, omdat ze niet blij zijn met wat hij zegt. NB: Jeremia komt zelf uit Anatot!
– Had Jeremia het moordplan verwacht? Waaraan zie je dat?
– In welke regels lees je van het slechte plan?
– Hoe noemt Jeremia God? Waarom gebruikt hij deze namen?
– Kies: Jeremia spreekt God aan als schepper / koning / vader / almachtige / rechter. Leg uit waarom je deze keuze maakt.
– Wat is het antwoord van God?
– Wanneer zal dat gebeuren?
– Wat betekent dat voor Jeremia? Wat heeft hij nodig: geduld / wraak / vertrouwen / doorzettingsvermogen / moed / actiebereidheid. Leg je antwoord uit.

Lees nu Spreuken 18: 10
– Leg uit dat deze spreuk bij de geschiedenis van Jeremia past.
– Wat betekent die spreuk voor jou?
– Wat heeft deze geschiedenis te maken met het derde gebod?