Sluiten

Les 1.3 God is de drie-enige

1 :
Genesis 1: 26-31
  BGT

Vader, Zoon en Geest zijn jouw Maker! Waaraan merk je dat Vader, Zoon en Geest alle drie om jou geven?

2 :
Matteüs 3: 13-17
  BGT

Goddelijke samenwerking om jouw te redden. Maak een kleine schets van dit Bijbelgedeelte en schrijf er de namen van Vader, Zoon en Geest bij.

3 :
Matteüs 28: 16-20
  BGT

De doop zet jou op de naam van de drie-enige God. Heb jij een doopkaart? Bekijk haar. Vraag je ouders over je doop. Hoe hebben zij die dienst ervaren?

4 :
Johannes 14: 15-21
  BGT

God kennen is God liefhebben. Waar zijn in dit Bijbelgedeelte de Vader, de Zoon en de heilige Geest? En jij?

5 :
2 Korintiërs 13: 11-13 / Openbaring 1: 4-6
  BGT

Je moet de groeten hebben! Wanneer hoor jij deze groet? Reken eens uit hoeveel keer je deze groet al hebt gehoord in je leven!!

OPDRACHTEN, Kies wat past bij je groep om het onderwerp te behandelen.

Ervaren

Bekijk de afbeelding. Wat zie je? Ziet iedereen hetzelfde?

De drie-eenheid kun je soms een klein beetje aanvoelen als het uitgelegd wordt. Maar het is net als met deze plaat: helemaal snappen doe je het niet. Je kunt ook niet tegelijk de vaasjes en de vogels zien.
Voorbeelden bij uitleg van de drie-eenheid zijn ‘een vlag met drie kleuren’ of ‘een kandelaar met drie kaarsen’. Bedenk zelf nog meer voorbeelden.

Creatief

Knutsel een medaillon (papieren cirkel aan een koord). Op de ene kant schrijf je het woord God, of teken je een driehoek als symbool voor God. De andere kant van de cirkel verdeel je in drieën. In de drie parten schrijf of teken je Vader, Zoon en Geest. Het is één medaillon. Aan de ene kant zie je de ene God, aan de andere kant zie je de drie. Kies kleuren en symbolen die passen bij wat je maakt.

Stellingen

Kies welke je gaat bespreken
– De drie-eenheid moet je begrijpen of geloven.
– Zonder iets te weten over de drie-eenheid is geloven minder waardevol.
– De drie-eenheid heeft alles/niets met mij te maken.

Gebed

Maak samen een gebed waarin je God als de drie-enige aanspreekt. Gebruik onderstaande starthulp. Ben je klaar? Bid het dan samen.
God in de hemel, wij bidden tot U.
Vader, wij eren u, omdat …… en wij willen u vragen of …………..
Here Jezus, zoon van de Vader, wij danken u, omdat …… en wij willen u vragen of …………..
Heilige Geest, wij zijn blij met u, omdat …… en wij willen u vragen of …………..
Eeuwige God, we houden van u. We danken u dat we u mogen bidden in de naam van uw Zoon.
Amen.

Lesplaat

Welke symbolen gebruikt de tekenaar voor God de Vader, de Zoon en de heilige Geest? Wat vertellen ze over het werk van hen? Bedenk hoe jij een plaat zou maken over de drie-eenheid.

Bij de belijdenis

Lees de 12 artikelen van het geloof en schrijf in eigen woorden op wat er staat over de Vader, de Zoon en de heilige Geest. Lees daarna zondag 8 van de Heidelbergse catechismus. Vind je vr/antw 24 een goede samenvatting?

In de gemeente

Zoek de zegen op die in de kerk uitgesproken wordt aan het eind van de dienst 2 Kor. 13:13 of Num. 6:24-26. Hoe merk je daarin dat God één en drie is? Hoe zit dat bij de groet aan het begin van de dienst? Waarom is het belangrijk dat Vader, Zoon en Geest alle drie genoemd worden bij de zegen?

Jij en je doop

Lees uit het doopformulier het stuk waarin uitgelegd wordt wat het betekent dat je gedoopt wordt in de naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest. Vul daarna de volgende drie zinnen aan.
Ik ben gedoopt in de naam van de Vader, Hij belooft mij ….
Ik ben gedoopt in de naam van de Zoon, Hij belooft mij ….
Ik ben gedoopt in de naam van de heilige Geest, Hij belooft mij ….
Heb je in je leven gemerkt dat het God doet wat hij belooft? Vertel dat elkaar.
Ben je nog niet gedoopt? Ontdek dan wat Vader, Zoon en Geest je beloven als je wel gedoopt wordt.

Plusopdracht

Lees artikel 9 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis. Welke zin vindt je mooi / belangrijk en waarom?

In het gezin

Als je gedoopt bent, vraag je ouders dan hoe het was. Hebben ze nog foto’s of een doopkaart? Waarom hebben ze je laten dopen? Wat betekenen voor hen de drie namen van God die bij de doop genoemd zijn? Vertel elkaar volgende keer over de gesprekken (als je wilt).

Onderzoek

In de Heidelbergse catechismus wordt de drie-eenheid besproken in zondag 8. Daar staan ook bijbelteksten onder. Verdeel de teksten. Zoek je tekst op en lees hem om beurten voor of vertel in eigen woorden wat er staat. Noteer van elke tekst wat je erin ziet over de drie-eenheid.
Deut. 6:4; Jes. 44:6; Jes. 45: 5; 1 Kor. 8: 4, 6; Ef. 4: 5,6. en Gen. 1: 2,3; Jes. 61: 1; Matt. 3: 16, 17; Matt. 28: 19; Luc. 1: 35; Luc. 4: 18; Joh. 14: 26; Joh. 15: 26; Hand. 2: 32, 33; 2 Kor. 13: 13;Gal. 4: 6; Ef. 2: 18; Tit. 3: 4-6.

 

 

 

 

 

 

HANDLEIDING

Over het lesonderwerp:

In deze les leer je wat het betekent dat God de Drie-ene is. Dat betekent dat je ook aan het uitleggen bent.

Lesdoel

Weten dat God zich laat kennen als Een en als drie.
  Weten wat het speciale werk is van de drie personen in de éne God.
–  Aan de hand van Jes. 43:10-12 kunnen vertellen dat God zich bekend maakt als de éne God.
–  Met Mat. 3:13-17 kunnen vertellen dat drie personen te onderscheiden zijn.
–  Kunnen aangeven wat God je bij je doop belooft als Vader, als Zoon en als Heilige Geest.

Belijdenis

In zondag 8 HC en artikel 9 NGB lees je over de drie-eenheid.

De bespreking

Bedenk waarom deze geloofsleer belangrijk is voor de jongeren en laat dat duidelijk uitkomen. Denk aan de zegen in de kerk of de doopbelofte. Kies opdrachten die daarbij helpen. Geef God samen eer om wie hij is bijvoorbeeld met de opdracht gebed. Op deze manier leer je niet alleen geloofsleer aan, maar geef je het ook een plek in het geloofsleven.

 

Drie-enige God

  • moeilijk?
  • Onbegrijpelijk?
  • Niet te geloven?

Of:

  • Vol kracht, redding en nabijheid
  • Drievoudig aanwezig in je leven
  • Eén God vol liefde voor jou

Doe de opdracht ‘gebed’ en dank en loof de Drie-ene

BIJBELSTUDIE: Jesaja 43: 10-12 en Matteus 3: 13-17

Je gaat met twee bijbelgedeelten ontdekken wat God zegt over zichzelf: Hij is de Drie-ene.

Lees eerst wat Jesaja namens God zegt, Jes. 43: 10-12:
10Volk van Israël, jullie zijn het bewijs dat ik gelijk heb. Jullie zijn mijn dienaren. Ik heb jullie ​uitgekozen, omdat ik wil dat jullie mij kennen en me vertrouwen. Ik wil dat jullie zeggen: ‘De Heer is de enige God. Er is nooit een andere god geweest en er zal nooit een andere god zijn.’ 11Ik ben de Heer, ik alleen. Er is geen andere god die mensen kan bevrijden.
12Ik zei dat jullie bevrijd zouden worden. En ik heb jullie ook bevrijd! Jullie hebben het van mijzelf gehoord, en niet van een ander. Jullie zijn het bewijs dat ik echt God ben. 

– Wat zegt God over zichzelf?
– Hoeveel goden zijn er?
– Wie kan bewijzen dat God echt bestaat?

Lees nu over de doop van Jezus, Mat. 3: 13-17:
13Toen kwam ​Jezus​ vanuit Galilea naar de ​Jordaan. Hij kwam bij Johannes om door hem ​gedoopt​ te worden. 14Maar Johannes wilde hem tegenhouden en zei: ‘Waarom bent u bij mij gekomen? Ik zou juist door u ​gedoopt​ moeten worden!’15Jezus​ zei: ‘Toch moet je het doen, want wij moeten alles doen wat God van ons vraagt.’ Toen deed Johannes wat ​Jezus​ vroeg.
16Jezus​ werd ​gedoopt. Zodra hij weer uit het water kwam, ging de hemel open. ​Jezus​ zag dat de ​Geest van God​ naar hem toe kwam in de vorm van een duif. 17En Gods stem klonk uit de hemel: ‘Hij alleen is mijn Zoon. Mijn ​liefde​ voor hem is groot.’

– Maak een schematische tekening van de situatie en noteer een V, Z en HG voor de Vader, de Zoon en de heilige Geest. Hoeveel goden zijn er?
– Over God wordt het woord ‘drie-enig’ gebruikt. Leg met deze twee bijbelgedeelten uit wat het betekent.
– Denk even terug aan de vorige lessen: Welke eigenschappen van God kom je tegen in deze beide gedeelten?